Eind oktober sluiten we traditioneel het ‘perenseizoen’ af. Een goede reden om de perenboom op een voetstuk te zetten! De peer kent een lange geschiedenis in Nederland. Perenbomen zijn immers zeer geschikt voor koudere klimaten. Het is niet voor niets dat Nederland één van de grootste peren-exporteurs is ter wereld. Dit artikel gaat echter niet over de welbekende ‘supermarktperen’ die commercieel worden geteeld – we staan stil bij vijf bijzondere perenrassen waar je misschien nog nooit van gehoord hebt, maar die een bijzonder verhaal met zich meedragen.
De geschiedenis van de peer
Voor we je over de vijf boeiende perenrassen vertellen, staan we even stil bij de lange geschiedenis van de peer. Wist je namelijk dat die geschiedenis terugleidt tot de prehistorie? In die periode was het aantal soorten peren op één hand te tellen. Ten tijde van de Romeinen, die de vrucht cultiveerden, ontstonden er steeds meer variëteiten – zo’n 50 zijn daarvan bekend.
De peren van toen zijn echter amper te vergelijken met de peren van nu: zo waren de peren vroeger alléén voor consumptie geschikt nadat ze waren gestoofd of gebakken. Op Middeleeuwse markten in Europa stonden marktlieden hun gestoofde waren te verkopen. Zij die niets verkochten bleven “met de gebakken peren zitten.” Een nieuw spreekwoord was geboren!
Aan het einde van de 16e eeuw werden de allereerste handperen gekweekt in de boomgaarden van Frankrijk en Italië. Dankzij hun zachte, sappige vruchtvlees kregen ze later de elegante bijnaam 'beurré', afgeleid van het Franse woord voor boter. Deze benaming zie je nog steeds terugkomen in sommige rassen, zoals de bekende Beurré Hardy en Beurre Alexandre Lucas.
Tegenwoordig kennen we meer dan 5.000 perenrassen. Je vraagt je misschien af: waar is dat nu voor nodig? Het antwoord op die vraag is simpel: kwekers zijn continu bezig met het perfectioneren van hun product. Nieuwe perenrassen worden ontwikkeld op eigenschappen als smaak, ziekteresistentie, bewaarbaarheid en productie. Zo ontstaat een rijke variëteit aan perenrassen, en heb je als consument iets te kiezen in de supermarkt. Ook is het telen van nieuwe rassen goed voor de biodiversiteit – insecten houden namelijk ook van verschillende smaken! Er is een trent waarbij peren steeds vaker een rode kleur krijgen. Ook in ons assortiment zijn enkele rode peren te vinden, zoals de Red Clapp's Favourite en Rote Williams.
In dit artikel beschrijven we vijf hele verschillende perenvarianten – van traditioneel tot modern, en van stoof- tot handpeer. Ieder van deze peren heeft haar eigen bijzondere verhaal. Benieuwd? Lees dan verder!
1) Winterrietpeer
In een lijstje ‘peren met een bijzonder verhaal’ kan de Winterrietpeer niet ontbreken. Deze stoofpeer van Nederlandse bodem is één van de oudste soorten die nu nog worden verkocht. En dat is niet voor niets: de Winterrietpeer is een zelfbestuivend ras met een hoge productie.
De Winterrietpeer kent vele bijnamen, zoals de “Pannenkoekpeer” “Winterkraaipeer” “Winterkalebas” of “Roggebroodspeer.”
De officiële naam van de Winterrietpeer wijst waarschijnlijk naar de bijzondere manier waarop peren vroeger werden bewaard: in kuilen onder de grond, met rieten matten ter bescherming. Omdat men vroeger immers geen koelkast had, was dit de beste manier om de peren vers te houden.
De winterrietpeer vind je tegenwoordig nog steeds in onze winkel terug, waar deze nog steeds zeer geliefd is vanwege de prachtig rode kleur na het stoven van de vruchten.
2) Pysanka
De Pysanka, ook bekend als Humbug, is een bijzondere ouderwetse peer met opvallende groene, gele en roze strepen die iets heel speciaals toevoegt aan de tuin. Na een tijd in de vergetelheid te zijn geraakt komt deze peer nu terug als nieuwigheid en verzamelitem.
Ondanks zijn vrij dikke schil heeft hij een zoete en sappige textuur. In zijn geboorteland – Oekraïne - staat hij bekend als de 'Paaspeer', omdat hij traditioneel de hele winter wordt bewaard en met Pasen als tafeldecoratie wordt tentoongesteld voordat hij wordt gegeten om de komst van de lente te vieren.
Nog steeds wordt deze peer veel gevonden in Oekraïense tuinen. Vooral in de buitenwijken van Poltava waar bij zomerhuisjes deze perenbomen staan.
In de Duitstalige wereld wordt deze peer veel door verzamelaars aangeplant, waar deze dan vaak de naam schweizer hosen krijgt. Natuurlijk verwijzend naar de prachtige gekleurde broeken waar de zwitserse garde in het vaticaan mee rond loopt.
Deze heerlijke eetpeer heeft een zeer bijzondere schil, met unieke verticale strepen die ze bijna te mooi maken om te eten. De schil is ook erg stevig voor een peer, wat betekent dat ze extreem goed bewaard kunnen worden. Ze zijn zoet en sappig om te eten en het vruchtvlees is stevig genoeg om bij het koken zijn vorm te behouden. En niet alleen het fruit is gestreept, ook de jonge scheuten zijn dat, wat er heel mooi uitziet in het late winterseizoen en het vroege voorjaar.
De boom is beter bestand tegen kou dan de meeste peren, dus we raden hem aan voor noordelijke klimaten. Het is het beste om deze peren in oktober te plukken en ze in een koele, droge ruimte minstens 2 maanden te laten rijpen voordat je ze eet. Ze blijven goed tot maart zonder koeling.
De streepjes op deze peer doen wat denken aan de broeken van de zwitserse garde. Daarom worden deze peren ook schweizer hosen genoemd.
3) Jut
De Jut is een van de oudste perenrassen; zo werd zij al in 1435 geplant in de abdij van Averbode! De Jut staat bekend als een zeer gewaardeerd ras, vanwege haar goede smaak. De peer werd vroeger ook wel “jodenpeertje” genoemd, omdat de Jut erg geliefd was bij de joodse bevolking van Amsterdam.
Kenmerkend voor de Jut is de pracht van de boom: robuuste takken, een grote kroon en een vrij hoge lengte in vergelijking met andere perenbomen.
Helaas wordt peer Jut tegenwoordig minder aangeplant, omdat ze commercieel minder aantrekkelijk is om te telen. De Jut kan namelijk het best vers gegeten worden, en dat gaat helaas niet samen met de manier waarop fruit tegenwoordig geteeld wordt op houdbaarheid. Dat vinden wij zonde, omdat de smaak van de vruchten echt uitstekend is.
4) Concorde
Fans van de Conference en Doyenné du Comice, opgelet! Wie graag deze twee peren eet, en op zoek is naar een perensoort die hier qua smaak op lijkt, maar geschikter is voor particuliere telers, is dit een perfecte perensoort.
De Concorde is een kruising van de bekende supermarktrassen, en is in 1977 gekweekt met als doel te komen tot een sappige handpeer, die goed ziekteresistent is. En dat is gelukt! De Concorde is een zogeheten “eco-ras” – wat inhoudt dat de ras beter resistent is dan andere perenrassen tegen perenpokken en perenroest.
De peer is zeer veelzijdig: vers uit het vuistje, in een salade, of geroosterd is deze peer heerlijk. Ook blijft de peer er lekker vers uitzien (en wordt niet zo snel bruin) als deze geschild en gesneden is.
5) Bloedpeer
De Bloedpeer is een peer met een lange geschiedenis: Pyrus Communis Cocomerina, zoals deze ook wordt genoemd, komt van oorsprong uit het Apennijnengebergte in Italië. Het is een van de oudste rassen die nu nog verkocht worden.
De peer dankt haar naam aan de bijzondere verkleuring van de vrucht: hoewel de buitenkant een ‘gewone’ groen-gele kleur heeft, is het vruchtvlees roze tot rood.
Bloedperen zijn zoet, uiterst geurig, met een heerlijke smaak die enigszins doet denken aan watermeloen met een vleugje muskaatnoot.
De peren rijpen halverwege september, zijn van middelgroot formaat en hebben een eivormige vorm. Geoogste vruchten kunnen goed bewaard worden op een koele plaats (of deel ze met de buren - deze verrukkelijke vrucht zal zeker vriendschappen smeden!). Mocht u zoveel hebben dat vers consumeren een uitdaging wordt, dan zijn ze uitstekend te verwerken in diverse gerechten door te stoven, invriezen of om te zetten in gelei.
Een perenboom in de tuin
Wil je een perenboom in de tuin? Leuk! Door een laagstam perenboom aan te planten past een perenboom ook in een kleine tuin. En als zelfs dat te groot is, kan je kiezen voor een dwergboom zoals de Luisa. Deze kan in een pot op het balkon, of in de volle grond in een heel kleine stadstuin.
Historische perenbomen brengen een goed verhaal en vaak ook een heerlijk aroma mee. Maar let er wel op dat het ras zelfbestuivend is, en kijk ook even naar de ziekteresistentie. Die is bij moderne perenrassen vaak een stuk beter.
Al met al is de perenboom een redelijk gemakkelijke boom die je gerust in je tuin kunt planten. Wil je meer weten over een perenboom in de tuin? Lees dan hier even verder:
- Perenboom kopen? Bekijk ons assortiment.
- Een perenboom planten en verzorgen
- Bestuivingstabel voor perenbomen
- Bloeitijd en bloesem van de perenboom
Referenties
Foto van Juttepeer door Don Manfredo. CC BY-SA 4.0 licentie.
Foto van zwitserse garde bij het vaticaan door Dickelbers. CC BY-SA 3.0 licentie.