Rasomschrijving
De Solaris is een moderne, witdragende druif die uitblinkt in koelere klimaten. Ze rijpt vroeg, is sterk bestand tegen schimmels en vorst, en staat bekend als een van de beste wijndruiven voor Noordwest-Europa, maar ook als smakelijke tafeldruif om direct op te eten.
Moderne druif voor koelere klimaten
Solaris is ontwikkeld met het oog op betrouwbaarheid en kwaliteit in streken waar traditionele wijndruiven moeite hebben om volledig te rijpen. Zelfs in Nederland en België bereikt Solaris moeiteloos hoge suikerwaarden met een laag zuurgehalte, waardoor ze uitstekend geschikt is voor wijnbouw én voor consumptie. De compacte trossen dragen middelgrote, geelgroene bessen met een dunne, zachte schil. De smaak is vol en aromatisch, met tonen van honing, muskaat en een frisse fruitigheid. Solaris is ook populair onder hobby-wijnmakers vanwege de hoge opbrengst en eenvoudige teelt.
Gezonde en sterke groeier
De druif is zeer resistent tegen meeldauw en andere schimmelziekten, waardoor het gebruik van bestrijdingsmiddelen niet nodig is. Ze verdraagt kou en vorst opvallend goed, wat haar bijzonder geschikt maakt voor Nederlandse tuinen. Solaris groeit krachtig, bloeit vroeg en levert in goede zomers al eind augustus rijpe druiven. Door de vroege rijping is ze minder gevoelig voor herfstrot en plagen. De plant doet het goed op zonnige plaatsen met goed doorlatende grond en vraagt weinig onderhoud.
Herkomst
Solaris werd in 1975 ontwikkeld door het Staatliche Weinbauinstitut in Freiburg (Duitsland) door veredelaar Norbert Becker. Het ras ontstond uit een kruising van Merzling en Geisenheim 6493, en bevat daardoor genen van o.a. Riesling en Muscat. De naam verwijst naar de zon (solar). Dit past perfect bij de krachtige groei en zonnige smaak van deze druif. Inmiddels wordt Solaris succesvol geteeld in heel Noord-Europa, van Duitsland tot Zweden.